Baracoa, regen en boottochtje
Door: John en Ineke
Blijf op de hoogte en volg John en Ineke
19 Januari 2018 | Cuba, Baracoa
De regen was gestopt, maar bewolkt was het wel. En warm. Maar ons ontbijt konden we in de tuin genieten. Vandaag stond de tocht naar Baracoa op het programma, het meest oostelijke punt van Cuba. Hier zette, volgens de verhalen, in 1492 Columbus als eerste voet aan wal. De weg er naar toe is voor een groot deel een slingerweg door de bergen, die pas sinds enkele decennia bestaat. Volgens de reisgidsen moet je deze weg niet rijden als je hoogtevrees hebt of je niet al te zeker voelt achter het stuur. Maar het is wel de enige weg die naar Baracoa leidt. Nadat we vertrokken waren ging de bewolking over in zware bewolking en tegen de tijd dat we de weg naar Baracoa insloegen regende het. Stoms stevig, soms miezerregen. Op enkele plekken was de weg over de
gehele breedte bezaaid met dikke stenen die de rotswand waren afgerold. Maar verder was de weg heel prima te berijden en herkende ik de aankondigingen vanuit de reisgidsen niet. Door de regen en de zware bewolking kregen we echter niet veel mee van de mooie uitzichten, die er ongetwijfeld zullen zijn bij goed weer. De reis verliep dus voorspoedig en mooi op tijd kwamen we aan in Baracoa, een stadje van zo'n 40.000 inwoners. Ons hotel is gevestigd in een oud Spaans fort, bovenop een berg met uitzicht over de baai en het stadje. Erg mooi allemaal,
vooral als het niet zou regenen. En dat deed het jammer genoeg wel. Maar gelukkig was het niet koud.
In het stadje nog even een bezoek gebracht aan het Casa de la Cacao. Deze regio is beroemd om zijn cacao, dus die moesten we natuurlijk wel proberen. Heel lekker, maar wel anders dan bij ons. Na het diner in het super ongezellige restaurant van het staatshotel was het tijd om vroeg de kamer op te zoeken.
De volgende dag hadden we om 9.00 uur een afspraak met Norge om een tour te bespreken, afhankelijk van het weer. 9.00 Uur werd half 10, maar dit is Cuba. Het was droog, dus er kon iets geregeld worden. Norge liet een taxi komen, een oude Chevrolet, omgebouwd tot een soort pick-up truck, met een dekzeil erover wat opgerold kon worden, zodat we naar alle kanten vrij uitzicht hadden. Norge sprak erg goed Engels (naast Spaans, Frans en Duits) en bleek al gauw een erg prettige gids te zijn. Hij had over veel dingen een duidelijke mening en stak die niet onder stoelen of banken. Over bedelaars in Cuba was hij niet te spreken. Volgens hem was het voor iedereen die er wat voor wilde doen mogelijk om op een normale manier rond te komen. Geen luxe, maar bedelen was niet nodig. Hij vereerde Fidel, maar gaf tegelijkertijd aan dat het systeem niet mee veranderd was met de tijd en dat daar de fout van Cuba lag.
Norge bracht ons naar een kleine cacaoplantage, gerund door een kennis van hem. Hier legde hij ons op een heel prettige en duidelijke manier het hele proces uit. Terwijl de regen weer met bakken uit de lucht kwam, genoten we, in gezelschap van de hele familie, van alles wat er om ons heen gebeurde. Alsof het zo moest zijn, stopte na de uitleg ook de regen, waardoor we weer verder konden. Riching Rio Yumuri, een rivier door een kloof waar we doorheen zouden varen. Maar helaas, de overvloedige regenval maakte dat dat te gevaarlijk was. Norge probeerde nog wel wat te regelen, maar die vlieger ging niet op. Dan maar naar Manglito Beach. Een strandje bij een klein vissersdorpje. We hebben daar een heerlijke strandwandeling gemaakt en we werden al heel snel vergezeld door enkele vrouwen, die uiteraard iets van ons wilden: zeep, pennen, kleding enz. In ruil daarvoor gaven ze ons prachtig gekleurde slakkenhuisjes, schelpen e.d. Het jammere is, dat als je iets geeft het nooit genoeg is. En er komen er steeds meer bij. Maar ondanks dat was het wel heel gezellig.
Daarna was het tijd om alsnog ergens een vaartochtje te regelen. Daarvoor moesten we eerst terug naar het hotel. De taxi vertrok en met onze eigen auto en Norge gingen we naar een rivier, een kilometer of 7 verderop. Daar, bij een strandbarretje, wachtte een bootje op ons, waarmee we de zeer brede en snel stromende Rio Toa op konden.
Het bootje was overigens een roeibootje.... 'n Dappere roeier stak met ons en Norge de snel stromende rivier over om vervolgens tegen de stroom in te gaan roeien. Tot dat de regen weer losbarstte. Gelukkig waren we enigszins voorbereid. Door de regenjas en poncho bleven we aardig droog. En we gingen schuilen onder een grote
boom tegen de oever aan. Omdat het er niet naar uitzag dat de regen snel zou ophouden werd er rechtsomkeer gemaakt. En in een paar minuten hadden we stroomafwaarts dezelfde afstand afgelegd als op de heenweg in een half uur. Daarna nog een lokaal drankje gedronken, waarvan ik de naam vergeten ben, maar wat wel heel lekker was.
's Avonds wilden we per se niet in het hotel eten, gezien de gezellige ambiance, maar net toen we naar het dorp wilden lopen begon het weer te plenzen. Dus toch maar in het hotel. Maar omdat we erg lang moesten wachten op de kaart (!) (het is immers een staatshotel), gebeurde het dat de regen weer ophield. En alsof het zo moest zijn, maar op onze wandeling naar het restaurant bleef het droog. Terwijl we zaten te eten plensde het weer, maar tijdens onze wandeling terug was het weer droog. Dan zullen we dat dus wel verdiend hebben....
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley